Masseren na een borstvergroting;
wel of niet doen?



Er staan fora vol geschreven over de vraag of je na een borstvergroting je borsten moet masseren.

Eigenlijk is het antwoord heel simpel en eenduidig vanuit de Nederlandse Vereniging van Esthetisch Plastisch Chirurgen (NVEPC). Deze groep plastisch chirurgen plaatst meer dan 85% van de protheses in Nederland en hebben onder andere de richtlijn borstvergroting in Nederland opgesteld.

Het antwoord is: NEE, er wordt tegenwoordig afgeraden de borsten na de operatie te masseren.

Dit advies is verouderd en dat heeft met het oppervlak van de protheses te maken; tegenwoordig zijn de protheses ruw in tegenstelling tot de gladde protheses van vroeger. Wat doet een ruw oppervlak anders dan een gladde zal je je wellicht afvragen? Na het plaatsen van een prothese maakt ieder lichaam bindweefselcellen rondom de prothese aan. Dit is een natuurlijk proces wat bij iedereen hoort op te treden. Daardoor kan de prothese goed ingroeien en vervolgens niet bij elke beweging los van je eigen lichaam bewegen. Het is dus zelfs noodzakelijk dat dit gebeurt! Kapselvorming is iets anders, dat is een wildgroei of verhoogde aanmaak van stevige bindweefselcellen. Bij een glad oppervlak kunnen deze cellen zich allemaal in dezelfde richting oriënteren en is de kans op samentrekking groter. Door het oppervlak ruw te maken kan dit dus niet.

 
Het antwoord is: NEE, er wordt tegenwoordig afgeraden de borsten na de operatie te masseren.

Vroeger werden vrouwen daarom wel geadviseerd om deze samentrekking tegen te gaan door te masseren gedurende de eerste 3 à 6 maanden na de operatie, maar sinds de invoering van de ruwe protheses (uw plastisch chirurg kan u deze protheses laten zien tijdens het consult) is het dus absoluut niet meer nodig.

Om kapselvorming te voorkomen is het onder andere belangrijk dat de prothese rustig kan ingroeien door de eerste zes weken geen zwaar fysieke inspanning te leveren, geen bovenhandse bewegingen te maken en als u rookt dit het liefst 3 weken voor en 3 weken na de ingreep te staken.

De protheses lijken bij iedereen net na de ingreep hoog op het bovenlichaam te staan, dat hoort erbij en verbetert spontaan. Ook daarvoor hoeven de protheses niet gemasseerd en naar beneden gedrukt te worden. Het zou ook niet goed zijn dat u zelf verantwoordelijk bent voor de juiste positie van de prothese! De vorm van uw borsten de eerste weken na de operatie berust op vochtvorming wat rondom de spier het meest zichtbaar is. Als u dit zou masseren houdt je vochtvorming/ reactie juist in stand!

Uiteraard is het wel belangrijk dat u het litteken in uw borstplooi vanaf ongeveer 1 week na de operatie gaat insmeren met littekencrème. Deze krijgt u tijdens de eerste controle met instructies van uw plastisch chirurg.